Vertaling van

Tekst 29.4 





En als jullie willen, bekijk dan ook de situatie bij ons. Want er is hier ook een andere man, iemand van Paros, knap, van van wie ik merkte dat hij in de stad is/was. Ik kwam namelijk toevallig een man tegen die in het verleden meer geld aan de sofisten gaf dan alle anderen, Kallias de zoon van Hipponikos. Met hem sprak ik dus -want hij heeft twee zoons-. "Kallias", zei ik, "als jouw zoons veulens of kalveren waren, dan zouden wij voor hen een deskundig opzichter kunnen nemen en huren, die hen mooi en goed zou maken in de passende deugd. En dat zou, meen ik, iemand van de paardenkenners zijn of van degenen die bekend zijn met het boerenbedrijf. Maar nu, aangezien zij mensen zijn, wie ben je nu van plan voor hen als deskundig opzichter te nemen? Wie is er deskundig in een dergelijke deugd: de menselijke en politieke? Bestaat er (zo) iemand", zei ik, "of niet"?
Hij antwoordde: "Ja, zeker
(die bestaat)."
"Wie
(is dat dan)", zei ik, "en waar (komt hij) vandaan en voor hoeveel onderwijst hij?"
"Euenos van Paros, Sokrates", zei hij, "voor vijf mna's."
En ik prees Euenos gelukkig als hij werkelijk die vakbekwaamheid zou bezitten en die voor een zo bescheiden prijs onderwijst. Ik zou tenminste zelf zeker pronken en opscheppen als ik dat zou kunnen. Maar ik kan het niet, mannen van Athene.